Volgens InfluenceMap zullen er niet genoeg elektrische voertuigen zijn om de opwarming van de aarde te beperken. Maar elektrische auto's roepen ook twijfels op.
In veel landen hebben politici besloten om de overgang naar elektromobiliteit zo snel mogelijk door te zetten. Om de gestelde klimaatdoelen te halen en zo de temperatuurstijging te beperken tot 1,5 °C in 2050, zou 57,5% van de in 2029 geproduceerde voertuigen een elektrische auto moeten zijn. In een studie van de Britse denktank InfluenceMap worden nu de productieplannen van de grote internationale autofabrikanten onder de loep genomen en deze zullen volgens InfluenceMap niet voldoende zijn om de doelstellingen van het Akkoord van Parijs te halen.
InfluenceMap vergeleek gegevens van IHS Markit (S&P Global) over de wereldwijde autoproductie met een studie van het Internationaal Energie Agentschap (IEA) uit 2021, waarin werd geschat dat nulemissieauto's 57,5% van de totale verkoop in 2030 en 20% van het totale aantal auto's in 2030 zouden moeten uitmaken om de klimaatdoelen te halen. Uit de prognose van de denktank blijkt echter dat 68% van de voertuigen die in 2029 worden geproduceerd nog steeds verbrandings- of hybride voertuigen zullen zijn. Slechts 32% van de geproduceerde voertuigen zullen puur elektrische auto's zijn. Hoewel de auto-industrie geneigd is om over te schakelen op elektrische aandrijving, variëren de inzet en snelheid van de fabrikanten aanzienlijk.
De geplande productiecijfers van twaalf toonaangevende wereldwijde fabrikanten werden geanalyseerd door InfluenceMap. Daarvan lijken alleen Tesla (100%) en Mercedes-Benz (56%) hun doelen te gaan halen. Zij worden gevolgd door BMW en Volkswagen met respectievelijk 45% en 43% van de productie die aan e-auto's kan worden toegeschreven. Niet zo ver daarachter zitten Chrysler (40%) en Ford (36%). De andere merken in de Stellantis Group, namelijk Renault, General Motors en Hyundai, zijn daarentegen van plan om 31%, 28% en 27% van de productie om te zetten naar e-auto's. Volgens de denktank zijn de Japanse bedrijven Nissan (22%), Honda (18%) en Toyota (14%) het minst voorbereid op de elektrificatie van de industrie. Ondanks recente aankondigingen zijn ze te laat in het e-auto offensief gestapt. Toyota was de eerste die zich intensief richtte op de hybride motor en had zich voorgenomen om waterstof-elektrische mobiliteit tot de aandrijving van de toekomst te maken. Maar omdat er tegenwoordig vooral vraag is naar puur elektrische voertuigen, proberen fabrikanten nu een inhaalslag te maken op het gebied van e-mobiliteit.
Het feit dat autofabrikanten wereldwijd niet de klimaatverbintenis tonen die beloofd is in het Akkoord van Parijs door middel van passende productieplannen, is helaas niet het enige problematische aspect van de mobiliteitstransitie. Het is waar dat de Europese Unie van plan is om vanaf 2035 geen auto's met verbrandingsmotoren meer toe te laten. Ze associeert nuluitstoot echter alleen met e-voertuigen. Dit gaat voorbij aan het feit dat er nog steeds CO2 kan worden uitgestoten tijdens de productie, levering en mogelijk zelfs tijdens het opladen van de accu.
E-auto's zullen zeker een sleutelrol spelen bij het vormgeven van de mobiliteit van de toekomst. Elke stap, van de productie van onderdelen tot het opladen, moet echter niet alleen het principe van winstgevendheid volgen, maar vooral dat van duurzaamheid. In elk geval moeten autofabrikanten hun mouwen opstropen en genoeg elektrische auto's produceren om hun belofte om deel te nemen aan de autorevolutie in te lossen.