Grote fabrikanten presenteren hun plannen om de industrie in de toekomst klimaatvriendelijker te maken. Elektrisch en waterstof staan centraal bij de innovatie-inspanningen. Een transitie die niet alleen wordt gedreven door de wens naar klimaatvriendelijke oplossingen in de transportsector, maar ook door het toekomstige rijverbod in Europa.
De bedrijfswagensector richtte zich voorheen uitsluitend op de krachtige en betrouwbare verbrandingsmotor, maar is nu ook op zoek naar oplossingen om zo min mogelijk CO2 uit te stoten op de weg. Terwijl elektromobiliteit steeds meer geaccepteerd lijkt te worden in de auto-industrie, is het nog onduidelijk op welke alternatieve aandrijfvormen de sector zich moet richten voor vrachtwagens. Op de jaarlijkse transportbeurs IAA vorige week in Hannover presenteerden meer dan 1400 internationale fabrikanten nieuwe modellen - en daarmee hun visie op een duurzamere toekomst voor de sector.
Met e-mobiliteit op de voorgrond staan accumotoren samen met waterstofcel- en brandstofcelmotoren in de schijnwerpers op de beurs. Zuiver elektrische vrachtwagens zouden al in 2035 de standaard kunnen worden. Tegen die tijd zal meer dan 50% van de nieuw geregistreerde vrachtwagens in de Europese, Amerikaanse en Chinese verkoopmarkten worden aangedreven door een batterij. Volgens een studie van adviesbureau McKinsey kan dit cijfer tegen 2040 stijgen tot ongeveer 80%.
Niet iedereen in de industrie volgt echter dezelfde strategie. Sommigen richten zich op één type aandrijving en investeren bijvoorbeeld in batterijen of waterstof, terwijl anderen beide opties willen blijven nastreven. Iveco en zijn partner Nikola behoren tot de laatste groep en presenteren in Hannover het nieuwe model Nikola Tre in twee versies, een batterij-elektrische en een brandstofcel-elektrische. Ze willen zich onderscheiden van de vele fabrikanten die - volgens Nikola-baas Michael Lohscheller - "nog steeds veel te maken hebben met de technologie van het afgelopen decennium".
Anderen daarentegen willen andere mogelijkheden uitdiepen. Ondanks de onzekerheid rond brandstofcelaandrijvingen - met name wat betreft de vraag of ze de accuaandrijvingen kunnen bijbenen - zal BOSCH zich richten op waterstof. Samen met de Amerikaanse dieselmotorfabrikant Cummin zullen ze werken aan het ombouwen van dieselmotoren naar waterstof zonder gebruik te maken van brandstofcellen.
Volkswagen en MAN met de nieuwe ID.Buzz Cargo en MAN-eTruck blijven daarentegen vertrouwen op de elektromotor als de belangrijkste sleutel tot emissievrij transport en vrachtvervoer. Voor de twee grote bedrijven brengt de wereld van waterstof nog te veel risico's met zich mee. Voornamelijk door het gebrek aan grondstoffen die nodig zijn voor de productieprocessen. "Groene waterstof is schaars", legt MAN CEO Alexander Vlaskamp uit. Het bedrijf is van mening dat een groot aantal vrachtwagens met brandstofcellen pas begin of midden 2030 verwacht kan worden. "Daarom concentreren we ons voorlopig op batterij-elektrische vrachtwagens," vervolgt Vlaskamp.
Het is in ieder geval belangrijk dat de bedrijfswagenindustrie naar de toekomst kijkt en blijft investeren in klimaatvriendelijke mobiliteit. Net als auto's zullen ook vrachtwagens en bussen rekening moeten houden met het aanstaande verbod op de aanschaf van nieuwe verbrandingsmotoren. Maar er zullen al eerder oplossingen moeten worden gevonden om de grote steden in Europa te bevoorraden - want veel steden zullen over slechts een paar jaar dieselvoertuigen verbieden in hun milieuzones. In Parijs zullen alle dieselvoertuigen vanaf 2024 verboden zijn en steden in Nederland zullen ook emissievrije zones invoeren vanaf 2025.
Voor bedrijfsvoertuigen zal het uitfaseren van fossiele brandstoffen uiteindelijk een grotere uitdaging zijn dan voor personenauto's, maar ook hier is er geen andere keuze. Een uitdaging die niet alleen zal worden uitgevochten tussen elektrisch en waterstof, maar ook in de tijd.